doe maar
Uit "op de daken"
na al 't geen dat is geweest leren we in de stilte nog het meest zo verstomt jouw stil verdriet en denk ik was verkeerd maar diep vanbinnen weet ik goed ‘k heb nog altijd niets geleerd
dus doe ik maar en zing ik maar en lok ik maar alle zeemeerminnen die ik opslok bubbels die ik opkrop doe ik maar en vang ik maar en speel ik maar met alle zeemeerminnen die ik opslok bubbels die ik opkrop
met onze bonte kragen en krassen in de rug zijn we twee kleine bange raven en komen nooit meer terug terwijl d'anderen fluiten in't donker woud over alle dwaze nonsens die ons te gronde houdt maar alleen gevlamd gelaten droef en klein daarin flakkert de dag dat we een bosbrand zijn
dus doe jij maar en vang jij maar en speel ook maar met alle zeemeerminnen die jij opslokt bubbels die jij opkropt doe jij maar en zwem jij maar en proef jij maar van alle zeemeerminnen die jij opslokt bubbels die jij opkropt doe jij maar en wuif jij maar en roep dan maar naar alle zeemeerminnen die jij opslokt bubbels die jij opkropt en blijf jij maar zwijgend daar te staren naar de zeemeerminne die jou opslokt bubbel die jou opkropt